Straffen wedstrijdverbod (art. 10 WVW)
Voor het houden van een wedstrijd op de openbare weg, worden doorgaans niet hele hoge straffen opgelegd. Het gaat ook slechts om een overtreding, en geen misdrijf. U moet over het algemeen rekenen op een geldboete en een ontzegging van de rijbevoegdheid voor enkele maanden.
Maximumstraf overtreding wedstrijdverbod
Naar wettelijke omschrijving kan er voor het verlaten van de plaats van het verkeersongeval maximaal 2 maanden hechtenis worden opgelegd of een geldboete van de tweede categorie.
Ontzegging van de rijbevoegdheid (OBM)
Als bijkomende straf kan de rechter een ontzegging van de rijbevoegdheid opleggen. De maximale duur van de ontzegging van de rijbevoegdheid bedraagt 2 jaren. Bij recidive is de maximale duur 4 jaren.
> Meer informatie over de rijontzegging
Voorarrest
Voorlopige hechtenis is bij een wedstrijdverbod niet mogelijk. Als u wordt aangehouden voor overtreding van het wedstrijdverbod, dan mag u maximaal 6 uur worden opgehouden voor verhoor.
Samenloop andere feiten
Er kan al snel samenloop zijn met andere feiten, zoals gevaarlijk rijgedrag en het veroorzaken van een ongeval door schuld. Indien dat het geval is, zullen de straffen aanmerkelijk hoger liggen dan bij de enkele bestraffing op grond van artikel 10 WVW.
Strafbeschikking
In de meeste gevallen wordt voor gevaarlijk rijgedrag (veroorzaken van gevaar op de weg) een strafbeschikking worden opgelegd. Een strafbeschikking is een buitengerechtelijke wijze van afdoening van de strafzaak. U hoeft dan niet eerst voor de (kanton)rechter te verschijnen. U krijgt meestal een geldboete. Als u de geldboete betaalt, bent u verder van de zaak af. Wel moet u rekening houden met het feit op uw justitiële documentatie komt te staan. Wanneer u niet tijdig in verzet gaat tegen de strafbeschikking, impliceert dit een erkenning van schuld.
Wanneer u het niet eens bent met de opgelegde strafbeschikking, dient u binnen 14 dagen een verzetschrift in te dienen bij het parket/CVOM. De adresgegevens waar u het verzetschrift naar toe moet sturen, vindt u op de strafbeschikking zelf. Het verzetschrift is vormvrij. U mag zelf bepalen hoe u het verzetschrift indeelt, en wat u erin zet, zolang u maar duidelijk aangeeft waarom u het niet eens bent met de opgelegde strafbeschikking en dit zo mogelijk onderbouwt.